Na de vakantie

Vorige week zondag. Manlief rijdt. Ik zit naast hem in de auto, op weg naar mijn schoonvader, in de Achterhoek. Het is rustig op de A12, buiten is het oninspirerend grauw en vochtig. We kletsen wat over weet-ik-veel, de dingen van de dag, aan het eind van de vakantie.

Wat is liefde?

Voorbij Maarn zeg ik: ‘…en nou dit: wat is liefde, volgens jou?’. Het is lang stil. Tot vlak voor Veenendaal. Dan zegt hij: ‘Voor mij heeft het te maken met warmte. En met openheid. En met verbondenheid.’. Stiekem ben ik blij dat hij dat zo zegt, dat past bij hoe ik het voel. En ik probeer precies te onthouden welke woorden hij gebruikt. Hij vertelt nog wat meer, over hoe het samenhangt voor hem. Die openheid en die verbondenheid. Dat het één het ander mogelijk maakt, dat verbondenheid het veilig maakt om open te zijn. Dat openheid het ook veilig maakt, de weg vrij maakt voor verbondenheid.

Dan vraagt hij wat het voor mij is. Ik zeg: Net zoiets. Warmte. En iets met een open hart, dat er geen muurtjes omheen staan. En ook iets met een uitgaande beweging van het hart, zeg ik. De wens om bij iemand te zijn, samen te zijn. Plezier daarin. Je laten raken, de ander raken, aanraken. En ook verbondenheid ja, dat je samen iets deelt, wat je met anderen niet deelt.

Er zijn gradaties in. Ik hou van mijn man en mijn kind, ik hou van mijn vrienden. Ik hou zelfs een beetje van mijn cliënten. In gedachten hoor ik manlief grinniken: ‘Je houdt ook van de slager, jij houdt echt van iederéén! Dat zegt niet zo veel.’ Ik heb een groot hart, ja.

Liefde in gevaar

Mensen komen bij mij omdat de liefde in gevaar is. Grofweg heb ik twee soorten cliënten. Zij die zeggen: we maken veel ruzie, het is echt niet leuk meer, maar de liefde is er nog wel. Zij willen hulp voor het te laat is. Ze willen niet uit elkaar, ze willen zich allebei inzetten om het beter te maken. Dan kunnen we aan de slag en meestal loopt dat goed af.

Soms is de koek op

En er zijn cliënten die mij nodig hebben om te ontdekken of de koek op is. Soms wéét één van twee het stiekem al, van binnen. ‘Het gevoel is weg,’ hoor ik, ‘…ik wil wel maar ik voel het niet meer.’ We gaan dan op onderzoek uit, met ongewisse uitkomst. Wat is er wel, wat mis je, kun je je nog voorstellen dat het goed komt? Wil je eigenlijk nog wel? Als je nou kon toveren, zou je dan een beetje prutsen aan jullie onhandige eigenschappen om vervolgens lang en gelukkig samen verder te leven? Of geloof je er niet meer in? Wat is er nodig om het wél te laten werken? Wil je proberen om het beter te maken, met de reële kans dat de uitkomst is dat jullie erachter komen dat het niet meer werkt?

Redelijkheid of emoties

Het is vaak een emotioneel traject. Alle redelijke dingen die je erover kon bedenken, hebben jullie heus zelf al wel bedacht. Sterker nog: dat hebben jullie al een hele poos gedaan. Je hebt afgewogen dat jullie het zo slecht nog niet hebben. Alle pluspunten van je relatie op een rijtje gezet. Je afgevraagd hoe erg het nou werkelijk is, dat jullie bijna nooit meer iets samen doen.

Met redelijkheid alleen kun je een relatie niet redden. Tijdens de gesprekken die ik voer met cliënten gaat het uiteindelijk om het gevoel. Of je verder kunt met elkaar, omdat je bij elkaar wílt zijn. En hoe je dat dan doet, zonder jezelf of elkaar kapot te maken. Daar komen vaak heel wat emoties bij los en dat is soms best schrikken. Tegelijkertijd is dat goed: juist die emoties wijzen de weg naar wat werkelijk van belang is voor je. Voor jullie. Vaak merk je ook dat de wereld niet vergaat, integendeel, het lucht op. En het kan zomaar eens, dat je partner heel anders reageert dan anders. Omdat die zich laat raken door jouw geraaktheid. Ik hoor regelmatig: ‘We hebben nog nooit eerder op deze manier met elkaar gepraat, dit is heel bijzonder. Het voelt goed.’

Keertje praten?

Gun jezelf een liefdevolle relatie. Bel of mail me, kennismaken is gratis. Ik ga graag met jullie in gesprek. Met liefde : )